Preteaching | Hoe doet Eureka het?
Wat is preteaching?
Preteaching is leerlingen de kans geven om éénzelfde instructie twee of meerdere keren te krijgen. Meestal gebeurt dit in kleine groep of individueel, maar bij Eureka kan dit ook in klasverband zijn. Preteaching zijn de les(sen) die je geeft alvorens je aan een nieuw stuk leerstof begint.
Preteaching bij Eureka = de lessen die nodig zijn om een basisstructuur in nieuwe leerstof te geven, waardoor de leerstof blijft hangen en leerlingen meer betrokkenheid, plezier en interesse tonen.
Groot voordeel van preteaching: preventief werken waardoor je frustratie vermijd.
Video: Preteaching uitgelegd op een niet schoolse manier.
Preteaching is een voordeel voor de hele klas
- Als leerkracht sta je voor een erg gedifferentieerde klas. Wanneer je een nieuwe les begint, zit je vaak meteen met een probleem.
– Ja, maar … | Een deel van de leerlingen begrijpt meteen waarover de les gaat en heeft al inhoudelijke bijvragen terwijl de andere leerlingen nog niet zover zijn.
– Ik snap het niet! | Een deel van de leerlingen geeft meteen de moed op bij elke nieuwe instructie.
– Waarover gaat dit? | Een deel van de leerlingen ziet het geheel pas nadat je doorheen de hele instructie bent.
Om jezelf als leerkracht en de leerlingen de kans te geven om een instructiemoment optimaal te benutten bestaat er preteaching.
Dit kan je doen vanuit verschillende tijdsperspectieven:
Nu: In éénzelfde les gaan wij aan preteaching doen. Concreet: Je geeft in dezelfde les, dezelfde instructie 2 keer. Wie wil, volgt de eerste instructie, de anderen maken bv nog een taak. Belangrijk: Tijdens de eerste instructie mag je geen vragen stellen. Jij als leerkracht geeft dus het model dat je wil geven zonder de “ja maar’ en de ‘ik snap het niet’.
- Voordeel: De sterke leerlingen kunnen nog bijleren via een andere taak. De leerlingen die nood hebben aan extra instructie, weten al waarover de instructie gaat en hebben één doorlopende instructie gekregen.
Deze week: Je weet dat er nieuwe leerstof aankomt en je wil de zorgleerlingen een voorsprong/boost geven. In dit geval kijken we welke hulpmiddelen er nodig zijn om de onderbouw van een leerling te compenseren. Bijvoorbeeld: Als je de tafels niet kent en je krijgt straks een les cijferend vermenigvuldigen dan is er onvoldoende oefenkans zolang deze leerling de tafels niet ondersteund krijgt. Daarom leren we in preteaching al het hulpmiddel aan in combinatie met de techniek zodat de leerling nadien vlot meekan.
- Voordeel: De leerlingen die moeite zouden kunnen hebben met het onderdeel hebben al inzicht in de hulpmiddelen die ze gaan kunnen gebruiken en hebben de leerstof al voor een eerste keer aangeboden gekregen.
Dit jaar: Leerlingen moeten groeien in hun leerproces. Sommige nieuwe concepten moeten bij de leerling binnensijpelen. Daarom bieden we dezelfde instructie gespreid aan op 2 momenten. Dit kan je met heel de klas doen. De algemene boodschap is: Je hoeft het vandaag nog niet te kennen en ook nog niet te begrijpen, het is een eerste keer dat we het aanbieden.
- Voordeel: Doordat de leerstof op verschillende momenten is aangeboden is er meer ruimte voor verwerkingstijd en is er herhaling. Ook kan je een leerling al laten zien waarvoor bepaalde leerstof in de toekomst nodig zal zijn.
Volgend jaar: Hier zet Eureka heel fel op in. Wij kijken steeds naar de leerstof van de komende schooljaren en gaan onze leerlingen hier al op voorbereiden.
Bijvoorbeeld: In het Lager onderwijs gebruiken wij meteen de woordenschat die in latere jaren gaat voorkomen zoals een werkwoord vs doe-woord. Zo win je nadien tijd.
Een ander voorbeeld: Voor de overgang van lager naar secundair onderwijs leren wij rekenen met breuken op een manier die identiek te gebruiken is in het 2de middelbaar. Op die manier bereiden we het middelbaar voor.
Tot slot: In het secundair onderwijs hebben we voor Frans we een werkwoord-schema dat we vanaf het 1ste middelbaar kunnen opbouwen. Alle tijden zitten er al in, ook al moeten leerlingen ze nog niet allemaal kennen. Toekomst gericht werken vanuit een structuur maakt dat leerlingen het geheel beter overzien.
- Voordeel: Je denkt lange termijn en leerlingen kunnen vlotter instromen in het hogere jaar.

Welke leerstof is ideaal voor preteaching?
Denk lange(re) termijn:
Preteaching betekent dat je extra didactische tijd geeft aan een bepaald onderdeel. Kies dan ook voor leerstof waarop je verder zal bouwen.
Het is kern-leerstof:
Ga je langdurig verder werken op één blok leerstof? Breng in je preteaching les aan wat ze gaan leren, wat het doel is en welke leermiddelen je gaat gebruiken. Dit geeft structuur en voorspelbaarheid.
Er is onderbouw nodig:
Als leerkracht weet je welke onderbouw er nodig is om je nieuwe leerstof te kunnen aanbieden. Je weet dus ook welke hulpmiddelen je gaat aan te reiken bij wie het niet kan. Hulpmiddelen leren gebruiken bij de nieuwe leerstof maakt dat leerlingen nadien sneller zelfstandig aan de slag kunnen. Heb je voldoende tijd om de onderbouw te herhalen, dan is dit natuurlijk ook een optie.
Vaardigheden:
Heb je leerlingen die later instromen? Of leerlingen die bepaalde vaardigheden onvoldoende beheersen zoals bv. notities maken tijdens je les, dan kan het nuttig zijn om een expliciete preteaching te geven rond deze vaardigheden. Doe dit dan rond nieuwe leerstof.
Er is faalangst:
Door tijd te maken voor een instructie krijgt de leerling voorsprong wat veiligheid schept voor de leerling.

Elementen van goede preteaching
De leerling weet:
- Welke nieuwe leerstof je aanleert;
- Welke onderbouw nodig is;
- Welke ondersteuning hij/zij krijgt;
- Hoe de leerstof bevraagd gaat worden;
- Wat verwacht wordt van de leerling;
- Welke leermiddelen hij/zij kan gebruiken om de leerstof beter te begrijpen.
Preteaching moet niet steeds live gebeuren
Belangrijk bij Preteaching is dat er verbinding is tussen de leerling en de leerkracht.
Je kan aan preteaching doen zonder dat je een instructie ‘live’ geeft. Een leerling kan bijvoorbeeld ook online een modeloefening bekijken.
Uitdagingen
Denk UDL:
Preteaching is een grote meerwaarde voor een grote groep leerlingen. Denk dus niet teveel aan een individuele leerling. Probeer zoveel mogelijk leerlingen te betrekken bij preteaching. Weet dus, een betere manier van uitleggen heeft een impact op een grote groep leerlingen.
Denk herbruikbaar:
Steek je energie in je voorbereidingen van je les, denk dan steeds aan de herbruikbaarheid ervan. Voorzie een goed stappenplan.
Coachende vaardigheden:
Heb je sterke leerlingen die op hun honger zitten in je les? Laat ze al het volgende onderdeel verwerken en nadien uitleggen aan leerlingen die meer ondersteuning nodig hebben.
Zelflerende en zelfsturende vaardigheden:
Preteaching momenten zijn ideaal om leerlingen bewust te maken van, wat binnen de nieuwe leerstof, moeilijk voor hen kan zijn. Je kan tijd maken voor het aanleren van tips/tricks die maken dat de leerling zichzelf beter gaat kunnen helpen in de toekomst en je kan hen aanleren welke hulpmiddelen en leermiddelen er te vinden zijn.

Concrete voorbeelden:
– Voor we beginnen rekenen met breuken, leren we een hulpmiddel als een tafelvierkant aan om de tafels te compenseren.
– In het 5de en 6de leerjaar leren we vraagstukken oplossen zoals dit in het middelbaar verwacht wordt (gegeven, gevraagd, …).
– We doen een les rond architectuur alvorens we het over de gulden snede hebben.
– We leren één basis-modeloefening aan die de leerlingen foutloos moeten kunnen oplossen alvorens we de leerstof verbreden.
– We doen een doe-les alvorens we naar de theorie overgaan: Korting berekenen op een rekenmachine van verschillende producten vanuit een reclamefolder. Nog voor we de formule aanleren. Zo winnen we tijd.
– We leren de structuur aan van hoe we de komende lessen gaan werken: vb. je hebt binnenkort een labo, voor sommige leerlingen is het nodig om een aparte les te hebben rond de regels, verwachtingen, …
– We leren in het 4de leerjaar iedereen met de computer werken aangezien ze dit later zeker nodig hebben.
– We motiveren de leerlingen door te vertrekken vanuit hun leefwereld.
– Taalzwakke leerlingen in je klas? Weet dan ook dat nieuwe woordenschat expliciet op voorhand moet geoefend worden.
– Maak nog voor de leerling aan de nieuwe leerstof begint een planning van hoe de leerling zich hierop kan voorbereiden.
Voorbeeld modelinstructies: